Mensen worden niet als democraat geboren, maar daar toe gevormd. Dat is het uitgangspunt van het wetsvoorstel ‘burgerschapsonderwijs’ dat minister Slob naar de Kamer gestuurd heeft. Scholen zijn de plek bij uitstek waar deze vorming plaatsvindt. De minister wil het burgerschapsonderwijs daarom minder vrijblijvend maken.
Ik heb de afgelopen jaren tal van bijeenkomsten over het burgerschapsonderwijs bijgewoond en daar weet mij goed duidelijk gemaakt hoe complex dit onderwerp is. In dit artikel leg ik uit wat democratie ingewikkeld maakt, waarom we niet beschermd zijn tegen antidemocratische opvattingen in het onderwijs en waarom artikel 23 van de Grondwet afgeschaft of gemoderniseerd moet worden.
Definitie van democratie
Een van de problemen is het ‘begrip democratie’. Democratie is een filosofisch, hoogdravend en abstract begrip. Dat maakt het lang niet makkelijk om kinderen tot vaardige democraten te ontwikkelen.
Claudia de Breij zei in een interview na afloop van haar conference “ Ik had al een jaar zin om mensen op oudejaarsavond de definitie van democratie door de strot te duwen.” En dat deed zij dan ook door in haar show de volgende definitie met ons te delen: “Democratie is een regering van de meerderheid die rekening houdt met de noden en wensen van de minderheid, met daarbij een vrije pers en een onafhankelijke rechtsstaat”.
Maar is dat “de definitie” van democratie? Zo ja, is Nederland dan wel een democratie? In ons bestel zijn minderheidsregeringen namelijk prima mogelijk. En hoe zit het met onze niet gekozen Koning? Hij is onderdeel van de regering maar zijn aanwezigheid ontbreekt binnen die definitie.
De waarheid is dat ‘de definitie’ van democratie niet te geven is. Binnen de wetenschappelijke literatuur worden er diverse definities gehanteerd. Ook de hoogste rechter op dit gebied (Het Europese Hof van de Rechten van de Mens) hanteert bewust geen afgebakende definitie.
“ Ik had al een jaar zin om mensen op oudejaarsavond de definitie van democratie door de strot te duwen.”
Claudia de Breij probeerde met haar definitie aandacht te vragen voor één belangrijke democratische waarde. Namelijk die van ‘respectvolle solidariteit met de minderheid’. Dat is een waarde die belangrijk is maar democratie echter niet definieert.
De Grondwet: uiting van onze democratische beginselen
Zelfs in onze Grondwet wordt het begrip democratie niet genoemd. Dat is expres. De Grondwet geeft uiting aan de democratische beginselen zonder democratie als dusdanig te willen definiëren. Recentelijk is ‘democratie’ naar aanleiding van een motie van Koopmans (VVD) ook uit de voorgestelde algemene bepaling gehaald die onze Grondwet in de toekomst zal vergezellen. Het woord ‘democratische rechtsstaat’ is wel opgenomen. Dat laatste is belangrijk aangezien die twee begrippen in Nederland niet meer los van elkaar gezien kunnen worden.
Democratie is een abstract en levendig begrip. Een (te) afgebakende definitie zou het leven uit dit (belangrijke) begrip halen. Wat democratie is en voor ons betekent krijgt juist gestalte door de discussies die wij met elkaar voeren.
Om die reden hanteer ik zelf graag de definitie “zij die regeren, worden geregeerd” als ik het heb over democratie als staatsvorm. Die definitie doet geen uitspraken over de invulling van democratie, maar omvat wel de essentie. Democratie als de enige mogelijke staatsvorm is gebaseerd op de premisse dat elke burger gelijkwaardig is en recht heeft op gelijke invloed op het staatsbestuur. Dat maakt democratie superieur aan concurrenten als de absolute monarchie of het communisme.
“zij die regeren, worden geregeerd”
Zelfs die definitie brengt discussies met zich mee. Is het zo dat elke burger in Nederland gelijke invloed heeft op het staatsbestuur? Ja, want elke burger heeft stemrecht. Maar minderjarigen mogen bijvoorbeeld niet stemmen.
Antidemocratische opvattingen
Als ‘gelijkwaardigheid’ de essentie is van wat democratie beteken is het wel makkelijk om antidemocratische opvattingen te herkennen. Zij die de gelijkwaardigheid van andere burgers in twijfel trekken. Daarmee ondermijnt men ons democratisch bestel.
Er zijn scholen en sociale omgevingen waar ongelijkwaardigheid gepredikt wordt. Veelal gebaseerd op stellige politieke en (diep) religieuze overtuigingen.
Amsterdam West
In mijn eigen deel van Amsterdam bezoeken diverse kinderen een school waar volgens meerdere rapporten en instanties individuen rondlopen die antidemocratische en anti-integratie opvattingen huldigen en mogelijkerwijs ook actief verkondigen.
“Een door de minister verplicht gestelde excursie gaat zeer waarschijnlijk geen tegenwicht bieden aan jarenlange socialisatie binnen orthodoxe en radicale denkbeelden.”
Minister Slob heeft geprobeerd om het bestuur van deze school te laten opstappen door het geven van een aanwijzing. Het bestuur zou niet hebben voldaan aan de in wet vastgelegde burgerschapsopdracht. Recent heeft de rechtbank geoordeeld dat de minister deze aanwijzing niet had mogen geven.
Gaat de voorgestelde wetswijziging van minister Slob wel soelaas bieden? Die kans is klein. Deskundigen stellen dat ook na aanpassing van de wet de inspectie onvoldoende handvatten heeft voor effectieve controle.
Daarnaast is de school niet de bron van de antidemocratische opvattingen. Dat is de orthodoxe gemeenschap waar de school onderdeel van uitmaakt. Een door de minister verplicht gestelde excursie gaat zeer waarschijnlijk geen tegenwicht bieden aan jarenlange socialisatie binnen orthodoxe en radicale denkbeelden.
Waarom kunnen orthodoxe en radicale gemeenschappen wortel schieten in de samenleving? Omdat paradoxaal genoeg de Grondwet ze beschermt. Artikel 23 (vrijheid van onderwijs) biedt deze gemeenschappen de ruimte om ongestoord hun gang te gaan.
Democratische wederkerigheid
Gelijkwaardigheid kent een wederkerig element. Democratische vrijheid werkt altijd twee kanten op. De vrijheid en de rechten die jij een ander ontzegt, kunnen jou in beginsel ook ontzegd worden. Daarom worden alle onze rechten beschermd.
Artikel 23 Grondwet maakt een inbreuk op dit beginsel van wederkerigheid en gelijkwaardigheid die in 2020 niet meer te tolereren valt. Het stimuleert en beschermt radicale gemeenschappen om hun in essentie antidemocratische opvattingen te reproduceren zonder dat de slachtoffers van die denkbeelden (kwetsbare groepen) beschermd worden.
Artikel 23 werkt feitelijk maar één kant op. Jij wordt gedwongen mee te betalen aan het onderwijs dat jouw gelijkwaardigheid miskent.
Het is dan ook hoog tijd dat artikel 23 afgeschaft of ‘gemoderniseerd’ wordt. In de discussie wat democratie is kan ook herkend worden wat democratie niet is. Onze Grondwet geeft uiting aan de democratische beginselen. Dan is het van het grootste belang dat wij de uitingen in de Grondwet die daar haaks op staan aanpassen.
Dat zal een lange adem vereisen. Moeten we in de tussentijd werkeloos toekijken? Nee. Gelijkwaardigheid kan ook op andere manieren gestimuleerd worden. Positief door bijvoorbeeld projecten te stimuleren die vooroordelen weghalen over bijvoorbeeld Joodse burgers . Of door organisaties en individuen die ongelijkwaardigheid prediken niet meer te subsidiëren. Dat laatste is ingewikkelder dan het lijkt. Vrijheid van meningsuiting beschermt die predikers tegen handhavend optreden. We moeten mensen ook niet het woord ontnemen. Alleen niet de sociale infrastructuur faciliteren en financieren waarmee hun gedachtegoed onze democratie kan ondermijnen.