Sinds dinsdag 29 september zijn de coronamaatregelen flink aangescherpt. In Staphorst is daarentegen afgelopen weekend een kerkdienst doorgegaan met 600 bezoekers. Dat heeft tot veel ophef geleid in het gehele land. Hoe kan het dat alle bijeenkomsten flink beperkt worden maar dat geloofsgemeenschappen wel nog met honderden bij elkaar mogen komen?
Zondag met Lubach wist de verontwaardiging goed onder woorden te brengen:
Het kabinet reageert op de ontstane ophef en wil het aantal aanwezigen beperken. Vanuit de confessionele hoek wordt er vervolgens met ontsteltenis gereageerd op de oproep van minister Grapperhaus om (kerk)diensten te beperken tot maximaal 30 aanwezigen. Christelijke politici wijzen erop dat culturele instellingen wel ontheffing hebben gekregen voor meer mensen als dat veilig kan.
In Gouda mogen nu max 250 mensen naar theater. Dankzij @minjus Grapperhaus moet de langste kerk van NL (1.500 zitplaatsen) echter naar 30 bezoekers op zondag. Doordeweeks 300 (museum) en bij concerten 250 (culturele ontheffing) #onnavolgbaar #onterechthttps://t.co/cPKI24pzWg
— Pieter Verhoeve (@PieterVerhoeve) October 5, 2020
1. Ophef om onduidelijkheid
De burgemeester van Gouda (zie tweet) heeft gelijk, zoals critici op de massale kerkdiensten ook gelijk hebben. Het probleem zit hem erin dat er net als bij culturele instellingen ook grote verschillen zitten tussen kerken. In Amsterdam Zuid-Oost (waar ik ben opgegroeid) heb ik kerken bezocht die letterlijk bestonden uit een slecht geventileerde garage en waar veel en luidkeels wordt gezongen. Amsterdam Zuid-Oost is een zogenaamde corona-brandhaard en je hoeft geen gepromoveerd viroloog te zijn om het gevaar van die gebouwen en diensten voor de volksgezondheid in te zien.
Bron: Gemeente Amsterdam
Tegelijkertijd zijn er heel veel kerken en gemeenschappen waar diensten gehouden worden die volledig coronaproof zijn. Net als in grote theaterzalen is het mogelijk om daar de diensten verantwoord en veilig door te laten gaan.
Het verschil zit hem er alleen in dat kerken daarvoor geen certificaat of een ontheffing voor nodig hebben. In tegenstelling tot theaterzalen hebben zij die ontheffing al omdat ze ‘wettelijk’ uitgezonderd worden van de maatregelen. Het is dus helemaal niet duidelijk of een kerk die 600 mensen toestaat dat ook veilig doet.
Waarom gelden de regels niet voor kerken maar wel voor bioscopen?
In Nederland werken wij een systematiek die gebaseerd is op zogenaamde ‘noodverordeningen’. Deze verordeningen mogen niet in strijd zijn met de Grondwet. In artikel 6 van de Grondwet wordt de ‘Vrijheid van godsdienst en levensovertuiging’ beschermd. Om die reden kunnen afspraken die in verordeningen staan niet – zonder meer – gelden voor kerken.
2. Het belang van draagvlak en proportionaliteit
Waarom zouden we eigenlijk – gelet op de coronacrisis – bijeenkomsten met meer dan dertig man door laten gaan? Het antwoord daarop is wat mij betreft kort: proportionaliteit en draagvlak.
Verspreiding van het virus moet voorkomen worden, tegelijkertijd moeten we indien dat verantwoord is de maatschappij niet onnodig ontwrichten. Instellingen die van groot cultureel, economisch of religieus belang zijn zouden hun activiteiten – indien verantwoord – in beginsel moeten kunnen door laten gaan. Daarbij is ‘verantwoord’ het sleutelwoord. Geloofsgemeenschappen in Amsterdam – zoals de moskeeën – hebben aangegeven de komende weken de deuren te sluiten. Verspreiding van het coronavirus heeft in Amsterdam al een hoogtepunt bereikt.
Draagvlak is tegelijkertijd ook van belang. De coronamaatregelen zijn ingrijpend en kunnen – helaas – slecht afgedwongen worden (zie mijn eerdere blog). Om het virus samen te bestrijden moeten organisaties en mensen in belangrijke mate vrijwillig gehoor geven aan de maatregelen. Wanneer mensen de maatregelen – terecht – als onnodig of (zeer) onrechtvaardig beschouwen dan verdwijnt het draagvlak en de vrijwilligheid. Het openbaar bestuur moet daarom zo zuinig mogelijk zijn op het maatschappelijk krediet om het te behouden.
Wat er gebeurt als het draagvlak afneemt zien we al gebeuren onder studenten. De universiteiten, kroegen en sociëteiten kennen stevige beperkingen. Dit is ook waar de overheid invloed op uit kan oefenen. Tegelijkertijd zoeken studenten massaal hun heil op illegale raves, studentenhuisfeesten en andere ontmoetingsplekken waar ze buiten zicht blijven. De door de premier gevreesde “late alcoholische contactmomenten” die een belangrijke rol spelen in de verspreiding van het virus zullen onder studenten daardoor niet makkelijk uit te bannen zijn.
Hoe vergroot je draagvlak voor maatregelen?
Maatschappelijk draagvlak is in bestuurlijk Nederland vaak een concept dat te pas en te onpas gebruikt wordt om onwenselijke voorstellen te torpederen. Tegelijkertijd bestaat het echt: regels kunnen op steun of weerstand stuiten afhankelijk van het draagvlak.
De eenvoudigste manier om draagvlak te vergroten is door gezagsuitoefening of gedeeld eigenaarschap. Regels die opgesteld worden door gelegitimeerde macht (gezag) zoals een autoriteit of een overheid worden doorgaans veelvuldig opgevolgd. Regels die tot stand zijn gekomen door gedeeld eigenaarschap (bijvoorbeeld via uitgebreide politieke participatie) ook. Een overheid die te veel leunt op ‘gezag’ kan op een gegeven moment dit gezag kwijtraken. Om draagvlak te behouden moet er dus gebalanceerd worden tussen het bewaken van de autoriteit en het zoveel mogelijk betrekken van anderen.
Meer lezen over draagvlak en acceptatie van overheidsbeleid?
3. De voor de hand liggende oplossing
Er is een ‘bureaucratische gekte’ ontstaan rondom de maatregelen. Voor wie gelden ze wel en voor wie niet? De oplossing voor die gekte is eenvoudig: grondige voorbereiding en regionaal maatwerk. Wij wisten al voor de zomer dat er een tweede golf aan zou komen. De voorbereiding moet niet alleen zitten in de medische / virologische hoek (zoals voldoende aanbod ziekenhuiscapaciteit en mondmaskers) maar ook in de juridische en gedragswetenschappelijke hoek.
Een belangrijke schakel daarin is de coronaspoedwet. In de coronawet kunnen namelijk regels en afspraken komen die het proces stroomlijnen en die verder gaan dan wat er in de noodverordening mogelijk is. Helaas heeft deze spoedwet forse vertraging opgelopen door politiek en bestuurlijk gedoe. Woensdag 7 oktober en donderdag 8 oktober wordt de wet behandeld in het parlement. Dan wordt duidelijk of de critici tevreden zijn (achtergrond Volkskrant: De fel bekritiseerde coronowet is drastisch veranderd. Dit staat er in.)
Zolang de coronawet er niet is, ligt er nog een grote rol bij de (veiligheids)regio’s en het lokale openbaar bestuur. Dat kan ook gezien worden als een kans. Nederland is gezegend met een rijk en actief ‘maatschappelijk middenveld’ dat bestaat uit duizenden belangenbehartigers en koepelorganisaties. Het (gemeente)bestuur en de samenleving kunnen met elkaar in gesprek.
Goede communicatie tussen de verschillende bestuurlijke lagen en het maatschappelijk middenveld kan onduidelijkheid voorkomen en het draagvlak voor maatregelen ongeschonden houden. Gemeenten kunnen bijvoorbeeld lijsten maken van gebouwen die van groot cultureel, economisch of religieus belang zijn en die RIVM-conform opereren. Deze lijsten kunnen dan op voorhand al meegenomen worden in de besluitvorming rondom de aanscherping / versoepeling van de coronamaatregelen.
Wat er nu gebeurt is dat er in Den Haag gewerkt wordt met generieke, niet juridisch uitgewerkte regels waardoor veiligheidsregio’s in zeer korte tijd tot een rechtvaardige en passende systematiek / uitwerking moeten komen. Dat leidt in de praktijk tot tal van problemen. Volledig onnodig wat mij betreft.
Het belang van rechtszekerheid en rechtsgelijkheid
De coronamaatregelen hebben grote impact op de levens van mensen. Het is van (zeer) groot belang dat de procedurele rechtvaardigheid van de coronamaatregelen niet betwist kunnen worden. Er mag geen sprake zijn van willekeur, rechtsonzekerheid of rechtsongelijkheid.
In de bestrijding van de crisis lijkt er een zeer grote aandacht te zijn voor de virologische betekenis van de maatregelen. De gang van zaken rondom de persconferentie van 28 september doen ook vermoeden dat de juridische uitwerking van de maatregelen het ondergeschoven kindje waren. Deels is dat te begrijpen: virologen die het land willen redden van een pandemie houden zich liever niet bezig met bureaucratische processen en regels. Tegelijkertijd moeten wij niet uit het oog verliezen dat er bij een bestrijding van een pandemie veel meer komt kijken dan alleen de medische aspecten.
Procedurele rechtvaardigheid is een abstract begrip dat steeds meer aandacht krijgt.
4. Conclusie
De ophef rondom de uitzonderingspositie van de kerken is terecht. Gezien de crisis hebben wij geen enkele zekerheid dat kerken (allemaal) veilig hun diensten kunnen aanbieden.
Tegelijkertijd is de kritiek op de onduidelijkheid rondom de regels ook terecht. Veel kerken kunnen inderdaad goed worden uitgezonderd van de aangescherpte maatregelen waardoor het religieus leven niet meer dan strikt noodzakelijk beperkt wordt.
Doordat de coronaspoedwet er nog niet is, moet deze onduidelijkheid op een andere manier worden opgelost. Daarbij ligt er een gedeelde verantwoordelijkheid bij alle bestuurslagen en de samenleving zelf. Grondige voorbereiding, goede onderlinge communicatie en duidelijke afspraken en grondig uitgewerkte juridische procedures bieden maatschappelijke organisaties (zoals kerken, culturele instellingen etc.) de duidelijkheid waar ze op zoek naar zijn. Daarmee behouden wij het draagvlak om samen het virus te bestrijden.
Pingback: Het probleem van de huidige coronasystematiek - Laurent Staartjes